(vervolg van artikel 137)
Niks aan te doen, de tijd gaat voorbij en laat sporen na, maar dat is nogal moeilijk voor mij. En je moet natuurlijk niet blind zijn om te zien hoe de tijd zijn werk doet op mensen in je omgeving...
En ik ben nog maar vijf, ikke. Herinneringen zijn nog niks voor mij, ook al begin ik stillekesaan te vertellen over dingen die enkele dagen of enkele maanden geleden gebeurd zijn (dat is normaal op mijn leeftijd).
Ik heb wel gemerkt dat op een dag – geen idee waarom – het hier dikke pret was, iedereen kwam voor mij, wenste me een gelukkige verjaardag, maar daarom snap ik nog altijd niet helemaal dat de tijd voorbij gaat en dat ik geen baby meer ben ! Een jaar is lang, hoor. Er is elke maand een verjaardag nodig om mij dat te doen snappen !
Maar dat ik niet zo goed snap wat tijd betekent, heeft ook een invloed op andere dingen in mijn leven. Efkes uitleggen : Een ziende – jij dus – heeft meteen door wat leeftijd betekent. Ik heb niks meer dan de klank van een stem, of een gedrag om dat te merken. En de grootte dat is nog zoiets (ik weet zelfs niet eens dat ik twee keer groter ben dan vijf jaar geleden).
Dat ik maar moeilijk naar grote mensen kan luisteren, heeft misschien te maken met het feit dat ik de verschillen niet kan zien. Ik ZIE niet waarom ze iets beter kunnen dan ik... Het is niet omdat ik maar een klein stemmetje heb en niet groter ben dan één meter tien, dat ik niet mag zeggen of doen wat ik wil.
Maar goed, blind of niet, we zijn allemaal gelijk en we zijn daar allemaal door gemoeten.
Allemaal maar om uit te leggen dat ik, zoals de ouwe me nochtans dikwijls uitleggen (ken je dat van die nagel die ze er blijven inkloppen), dat ik ooit even groot zal zijn als papa, met een diepe stem en rimpels overal. Ik kan het me gewoon niet voorstellen.
Toch raar, hoor, die tijd die voorbijgaat. En als je niet kan zien, is dat nog veel raarder. Geloof me !
|